1.   miniatuur zn. 'voorstelling in het klein'
categorie:
leenwoord
Vnnl. miniatur, miniature, mignature 'kleine illustratie, klein portret' in een verlichterije (miniatur) van Hoeffnagel 'een kleine illustratie van H.' [1612; WNT verlichten I], een mignature van coper, zijnde de tronie vanden Protector Cromwel [1690; WNT]; nnl. in de vaste verbinding in miniatuur 'in klein formaat, in het klein' in een Weeuwtje in miniatuur [1777; WNT], het trap-kwarteltje ... een trapvogel in miniatuur [1857; WNT trap VI], miniatuur ook 'kleine schets in woorden' in S. schilderde in ... aardige miniaturen de maatschappij [1855; WNT ver II], 'kleine versie van' in een miniatuur van een koningstijger (gezegd van een kat) [1889; WNT vreten I].
Ontleend, al dan niet via Frans miniature [1653; TLF], ouder mignature [1645; TLF], aan Italiaans miniatura 'illuminatie in een handschrift, kleine schildering, klein ivoren voorwerp' [voor 1342; DELI], afgeleid van het verl.deelw. van miniare 'illumineren van een handschrift, decoreren met fijn schilderwerk' < Latijn miniāre 'rood schilderen'; het Latijnse ww. is een afleiding van Latijn minium 'rode verf', zie menie. Voor versierde hoofdletters in handschriften werd in de oudheid vaak rode kleurstof gebruikt; de betekenis 'kleine voorstelling' is ontstaan doordat dergelijke illustraties zeer klein waren, en ook door associatie met woorden als minūtus 'klein', zie minuut, minor 'kleiner, minder', verwant met minder, en minimus 'kleinste, minste', zie minimum.
In de loop van de 19e eeuw verschenen samenstellingen met als eerste lid miniatuur- 'zeer klein', zoals in den koning in diens miniatuur-rijkjen rond te rijden [1832; WNT rondrijden], miniatuuruitgaven [1832; WNT stereo-], een popperig tuintje met miniatuurbedjes [1864; WNT omplanting], miniatuursleuteltje [1872; WNT verschaffen], miniatuur-villa [1877; WNT voorgalerij]. In de tweede helft van de 19e eeuw werd miniatuur steeds vaker gebruikt als bn. met de betekenis 'zeer klein', bijv. in de koperen altaarbel en wijwater-emmer, beide miniatuur '... beide zeer klein' [1876; WNT wijwater].
Fries: miniatuer


  naar boven